header foto
 

Infohoek - Sportiviteit & Respect

Commissie Sportiviteit & Respect

De Mixed Hockey Club “De Reigers” hecht grote waarde aan sportiviteit en het tonen van respect naar een ieder door al haar leden en begeleiders tijdens en rondom de wedstrijden en andere verenigingsactiviteiten. Dit is in het belang van zowel een sportief wedstrijd- en competitieverloop, als het bevorderen van de resultaten, het imago van de vereniging en het welzijn van de leden.

Met het oog op deze doelstelling heeft “De Reigers” een Commissie Sportiviteit & Respect ingesteld. Deze commissie zal:
- adviserend zijn aan, en
- handelen in opdracht van het bestuur.

Inhoudopgave
Werkzaamheden
Bevoegdheden
Samenstelling
Opdracht
Ongewenst gedrag
Kaartenbeleid
Vertrouwenscontactpersoon
Tuchtreglement

Werkzaamheden

De Commissie Sportiviteit & Respect voert haar werkzaamheden uit als er sprake is van

1. Gedrag in strijd met de club- en/of KNHB statuten en reglementen. Hieronder valt:

  • a. Het registreren van de gele en/of rode kaarten, uitgedeeld aan spelers, coaches en andere (officiële) begeleiders van “De Reigers”, evenals de administratieve verwerking daarvan en eventueel daaruit voortvloeiende schorsingen richting KNHB.
  • b. Het beoordelen en bestraffen van leden en/of begeleiders van “De Reigers” ingeval van een rode kaart, zulks los van en zoveel mogelijk vooruitlopend op de tuchtprocedure zoals gevolgd door de KNHB.
  • c. De commissie onderzoekt de gedragingen en omstandigheden die tot de rode kaart aanleiding hebben gegeven.
  • d. De commissie adviseert het bestuur van “De Reigers” betrokken speler(s), coach(es) of begeleider(s) te bestraffen. Hierbij wordt opgemerkt dat de opgelegde straf bindend is en geldt niet in plaats van de door de KNHB opgelegde straf, tenzij door het bestuur anders wordt besloten.
2. Gedrag waarbij waarden en normen worden overschreden die naar oordeel van het bestuur van de vereniging gelden binnen de vereniging, op en rond de velden van iedereen die in welke vorm dan ook is betrokken bij “De Reigers”, zowel leden als niet-leden.

Bevoegdheden

De bevoegdheid van de commissie kan in bijzondere gevallen van vermeend wangedrag, naar oordeel van de commissie, worden uitgebreid door het bestuur van “De Reigers”.

De commissie handelt dan volgens dezelfde principes en procedures als in dit reglement beschreven.

Huidige Samenstelling

Wilco Hoekstra (voorzitter), Tim Meijer, Ernst Gelderman.

Opdracht

Indien de KNHB of een andere hockeyclub zich wendt tot het bestuur of de commissie om een klacht over “De Reigers” of (één van) haar leden af te handelen, beslist eerst het bestuur of zij de commissie daartoe wil inschakelen.

De commissie is in haar advisering aan het bestuur zelfstandig en opereert onafhankelijk. Zij legt aan het bestuur desgewenst verantwoording af op hoofdlijnen en het bestuur toetst in dat geval slechts of de commissie in redelijkheid tot haar beslissing heeft kunnen komen.

De commissie is vrij in het adviseren van de door haar noodzakelijk geachte straf.

Ongewenst Gedrag”

In het algemeen wordt onder ongewenst gedrag verstaan:

  • gedrag in strijd met de club- en/of KNHB statuten en reglementen,
  • gedrag in strijd met geldende waarden en normen, naar het oordeel van het bestuur van de vereniging geldend binnen de vereniging en wangedrag in woord, gebaar en/of daad.

Hieronder vallen ondermeer:

  • Schelden, beledigen, discriminerende uitspraken doen, obscene gebaren maken, spugen, pesten, (seksuele) intimidatie en dreigen met geweld.
  • Fysiek geweld plegen door slaan, schoppen, elleboogstoot, kopstoot, etc.
  • Veroorzaken van gevaarlijke en/of levensbedreigende situaties en/of aanzetten tot agressie.
  • Veroorzaken van bekladdingen (graffiti) en rommel/troep.
  • Vernielen van clubeigendommen en/of andermans eigendommen.
  • Het niet houden aan geldende regels.
  • Het niet houden aan de regels die door de Algemene vergadering, bestuur en kader-/commissieleden zijn ingesteld, welke dienen ter algemeen nut van de vereniging en haar leden en/of het elftal waarin het lid speelt en/of de commissie waarvan het lid deel uit maakt.
  • Niet beschreven vormen van wangedrag, die naar het oordeel van het bestuur vallen onder wangedrag ( al dan niet op advies van de commissie).

Opgemerkt wordt dat in het algemeen geldt dat het bestuur en de commissie maatschappelijke ontwikkelingen en geldende, maatschappelijke, waarden en normen mee laat wegen in haar (toekomstig) beleid op dit gebied.

Kaartenbeleid /Boetes en administratiekosten KNHB

1. Door de KNHB in rekening gebrachte boetes en administratiekosten voor kaarten kunnen integraal worden doorbelast aan het betreffende lid en, indien een machtiging tot automatische incasso is afgegeven, geïncasseerd. Straffen, waaronder schorsingen, opgelegd door de KNHB worden op de gebruikelijke wijze afgehandeld. Onderzoek door de commissie zal de straf, opgelegd door de KNHB, niet teniet doen. Het is zeer wel mogelijk dat naast de straf, opgelegd door de KNHB, het bestuur van “De Reigers” ook een straf of maatregel oplegt aan de betrokken perso(o)n(en).

2. Met betrekking tot door scheidsrechters gegeven kaarten/straffen staat “De Reigers” het volgende beleid voor:

  • a. Als in punt 1 benoemt, betaling van de opgelegde boete.
  • b. Het ondergaan van de opgelegde straf door de KNHB.
  • c. Ingeval van een eerste (1e) gele kaart:
    • wordt namens het bestuur een mail gezonden aan de betrokken speler/betrokkene met het verzoek te reageren op de gekregen gele kaart.
  • d. Ingeval van een tweede (2e) gele kaart:
    • wordt namens het bestuur een mail gezonden aan de betrokken speler/betrokkene met het verzoek te reageren op de gekregen gele kaart, en
    • zal een gesprek volgen met leden van de Commissie Sportiviteit & Respect.
  • e. Ingeval van een derde (3e) gele kaart
    • automatische schorsing door de Bond, en
    • wordt namens het bestuur een mail gezonden aan de betrokken speler/betrokkene met het verzoek te reageren op de gekregen gele kaart, en
    • zal een gesprek volgen met leden van de Commissie Sportiviteit & Respect.
  • f. Ingeval van een eerste (1e) rode kaart:
    • automatische schorsing door de Bond, en
    • wordt namens het bestuur een mail gezonden aan de betrokken speler/betrokkene met het verzoek te reageren op de gekregen rode kaart, en
    • zal een gesprek volgen met leden van de Commissie Sportiviteit & Respect.
  • g. Ingeval van een tweede (2e) rode kaart:
    • automatische schorsing door de Bond (meerdere wedstrijden), en
    • wordt namens het bestuur een mail gezonden aan de betrokken speler/betrokkene met het verzoek te reageren op de gekregen rode kaart, en zal een gesprek volgen met leden van de Commissie Sportiviteit & Respect.

Vertrouwenscontactpersoon

“De Reigers” wil nátuurlijk een veilige vereniging zijn, waar iedereen met plezier bezig is met haar of zijn sport: hockeyen. Het aanstellen van een vertrouwenscontactpersoon kan dan negatief klinken: we doen er met elkaar immers alles aan om juist zaken als ‘pesten’, conflicten en ruzie, discrimineren en seksuele intimidatie binnen onze vereniging te voorkomen.

Maar stel nu dat….

De praktijk binnen diverse sportverenigingen heeft uitgewezen dat er helaas momenten en gebeurtenissen zijn waarbij sprake is van grensoverschrijdend gedrag. Ook kan er sprake zijn van een (langdurige) situatie waarin jij gedrag ervaart in een situatie als (grens)overschrijdend terwijl anderen zeggen dat het niet zo is. Binnen “De Reigers” willen wij dit graag voor zijn. Dat is dan ook één van de redenen waarom binnen “De Reigers” een vertrouwenscontactpersoon te vinden is. Een centraal aanspreekpunt waar je laagdrempelig een vraag of zorg rondom (ongewenst) gedrag neer kunt leggen om met elkaar zorg te dragen dat de wijze waarop we met elkaar binnen de club omgaan leuk en veilig blijft.

Voorkomen is beter dan genezen

De vertrouwenscontactpersoon is er ook voor vragen die kunnen spelen vóór dat er problemen zijn. Dit geldt voor trainers, coaches, ouders, begeleiders en teamleden. Bij een vertrouwenscontactpersoon kun je terecht met vragen die je niet makkelijk stelt of waarvan je bang bent dat er niet serieus op gereageerd gaat worden. Daarbij: even overleggen en er over praten met als doel dat er (vroegtijdig) een einde gemaakt wordt aan een ongewenste situatie maakt dat deze niet verergert en ook herhaling voorkomen kan worden.

Wanneer kun je terecht bij de vertrouwenscontactpersoon van “De Reigers”?

Als je vragen hebt over de manier van omgaan met elkaar binnen je team of binnen de club, dan ben je welkom bij de vertrouwenspersoon. De vragen die je hebt kunnen gaan over:

  • pesten en gepest worden;
  • het gevoel hebben dat je er door je huidskleur, geloof of seksuele voorkeur niet bij hoort;
  • grensoverschrijdend gedrag: de manier waarop je benaderd en/of aangeraakt wordt door een teamlid, trainer of coach ervaar je als onprettig;
  • een vermoeden van ‘grensoverschrijdend gedrag: je denkt dat iemand in jouw directe omgeving hier mee te maken heeft;
  • je maakt je zorgen over de wijze waarop er met je kind wordt omgegaan binnen de vereniging/het team;
  • je vraagt je af of jouw gedrag als trainer en/of coach verstandig is;
  • iemand heeft je direct of indirect beticht van ontoelaatbaar gedrag;
  • het feit of je vraag bij de vertrouwenspersoon van (naamhockeyvereniging) op de juiste plaats is.

Hoe vertrouwelijk is een vertrouwenscontactpersoon?

Je vraag neerleggen bij een vertrouwenspersoon betekent ook dat het vertrouwelijk blijft. Het uitgangspunt is altijd de vraag vertrouwelijk bespreken en samen kijken naar de mogelijkheden. Dat het belangrijk kan zijn om ook andere personen bij een vraag of probleem te betrekken zal duidelijk zijn, maar dit zal nooit zonder overleg en toestemming gebeuren. De gesprekken die er tussen jou en de vertrouwenscontactpersoon plaatsvinden, worden enkel gedeeld of besproken wanneer jij daar:

  • toestemming voor hebt gegeven
  • van op de hoogte bent

De activiteiten van de vertrouwenscontactpersoon vallen onder de verantwoording van het bestuur. Bij het afsluiten van het jaar rapporteert de vertrouwenscontactpersoon aan dit bestuur óf er meldingen zijn geweest, van welke aard deze meldingen waren en hoe voortgang en afsluiting hebben plaatsgevonden.

Waar is de vertrouwenscontactpersoon niet voor?

In principe is de vertrouwenscontactpersoon er voor incidenten, vermoedens van incidenten en vragen hier om heen, die tussen Naam Hockeyvereniging-leden plaatsvinden of hebben plaatsgevonden of waarbij een relatie is tussen activiteiten binnen naam hockeyvereniging-verband en de betrokkene(n). Bij twijfel: bespreek met de vertrouwenscontactpersoon of je vraag bij haar/hem op de juiste plaats is. De vertrouwenscontactpersoon zal mensen niet persoonlijk opvangen en/of begeleiden. Als er verdere opvang noodzakelijk is zal dit, altijd met toestemming van de betrokkene(n), plaatsvinden buiten “De Reigers”.

De vertrouwenscontactpersoon is er voor iedereen, van elke leeftijd binnen “De Reigers”. Vertrouwenspersoon: Linda ter Elst, Praktijk-Eigenwijs is bereikbaar telefonisch op 06-10108378 of via e-mail: [email protected].

Als er sprake is van seksuele intimidatie, dan kun je ook terecht bij het NOC*NSF meldpunt met eerste vragen, twijfels of om je verhaal te vertellen. Het NOC*NSF meldpunt is dag en nacht bereikbaar, ook in het weekend en op feestdagen. Het nummer is 0900 - 202 55 90 (€ 0,10 per minuut).

Tuchtreglement Mixed Hockey Club “De Reigers”

Definities

In dit tuchtreglement wordt verstaan onder:

  1. “bestuur”, het bestuur van de Mixed Hockey Club “De Reigers”;
  2. “vereniging”, Mixed Hockey Club “De Reigers”, gevestigd te Hoofddorp;
  3. “tuchtcommissie”, de Commissie Sportiviteit & Respect van de Mixed Hockey Club “De Reigers”.
Artikel 1. Toepasselijkheid tuchtreglement

1. De bepalingen van dit reglement zijn van toepassing op:

  • a. de leden van de vereniging;
  • b. personen die zich aan de statuten, reglementen en besluiten van de vereniging hebben onderworpen;
  • c. personen die binnen de vereniging als (betaald) medewerker, begeleider of functionaris werkzaamheden verricht of als vrijwilliger taken vervullen.
2. Waar in dit reglement wordt gesproken van "leden", worden de in lid 1 sub b en c genoemde personen hieronder mede verstaan.

Artikel 2. Samenstelling tuchtcommissie

  1. 1. De tuchtcommissie bestaat uit ten minste drie leden, onder wie de voorzitter.
  2. 2. De leden van de tuchtcommissie worden benoemd door het bestuur voor een periode van drie jaar.
  3. 3. De leden van de tuchtcommissie zijn onbeperkt herbenoembaar.
  4. 4. De leden van de tuchtcommissie behoeven geen lid te zijn van de vereniging.
  5. 5. Bij ontstentenis van de voorzitter wordt deze vervangen door het lid dat het langst in de tuchtcommissie zitting heeft. Bij gelijke zittingsduur gaat het oudste lid in leeftijd voor.

Artikel 3. Onverenigbaarheden

Een lid van de tuchtcommissie mag niet aan de behandeling van een zaak deelnemen indien het lid persoonlijk of uit hoofde van een functie of activiteit bij die zaak op enigerlei wijze betrokken is (geweest).

Artikel 4. Aanhangig maken tuchtprocedure

1. Een tuchtprocedure op grond van vermeend handelen in strijd met de statuten en/of reglementen van de vereniging en/of de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond kan door het bestuur van de vereniging tegen een lid/een groepering van leden van de vereniging aanhangig gemaakt worden bij de tuchtcommissie indien:

  • a. een lid door een scheidsrechter in een wedstrijd definitief uit het veld is gestuurd;
  • b. een lid in één seizoen drie, vijf, of meer keren tijdelijk uit het veld is gestuurd;
  • c. een lid wangedrag vertoont op het terrein van de vereniging;
  • d. het bestuur redenen heeft aan te nemen dat het lid/de groepering van leden in strijd heeft/hebben gehandeld met de wet, de statuten en/of reglementen van de vereniging en/of de Koninklijke Nederlandse Hockey Bond of met de algemene normen van moraal en fatsoen.
2. Indien er in de onder lid 1 genoemde situaties sprake is van een ernstige misdraging, dient de vereniging dit te melden aan de KNHB. Onder ernstige misdraging wordt in ieder geval verstaan misdragingen in de vorm van seksuele intimidatie, matchfixing en doping.

3. Een tuchtprocedure dient door het bestuur schriftelijk of langs elektronische weg aanhangig te worden gemaakt bij de tuchtcommissie. Het schriftelijk stuk omvat tenminste:

  • a. de naam, voorletter(s) en geboortedatum van het lid/een groepering van leden tegen wie een tuchtzaak aanhangig wordt gemaakt;
  • b. een omschrijving van het gewraakte handelen/nalaten met opgave van datum en plaats;
  • c. de namen van eventuele getuigen;
  • d. andere van belang zijnde gegevens en inlichtingen.
4. Degene(n) tegen wie de tuchtprocedure aanhangig is gemaakt, krijgt/krijgen een afschrift van het in lid 3 genoemde stuk. Bij minderjarige leden gaat het afschrift naar de ouders/verzorgers.


Artikel 5. Wijze van behandeling door tuchtcommissie

1. De tuchtcommissie regelt de wijze van behandeling van de zaak zelf en stelt het bestuur en degene(n) tegen wie de tuchtprocedure aanhangig is gemaakt binnen enkele dagen na ontvangst van het in artikel 4 lid 3 genoemde stuk schriftelijk of langs elektronische weg op de hoogte van de wijze waarop de behandeling van de zaak zal plaatsvinden.

2. De tuchtcommissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting.

3. De tuchtcommissie behandelt de zaak zo veel mogelijk met al haar leden. De tuchtcommissie is evenwel bevoegd een zaak met minimaal twee leden te behandelen.

4. De tuchtcommissie is bevoegd een zaak schriftelijk af te doen.

5. Een betrokken lid kan de tuchtcommissie verzoeken de zaak mondeling te behandelen.

6. Tenzij de tuchtcommissie van oordeel is dat er hierdoor een onaanvaardbare vertraging van de behandeling zou ontstaan, wordt dat verzoek toegewezen. 7. De zittingen van de tuchtcommissie zijn in beginsel niet openbaar.

Artikel 6. Het horen van leden door de tuchtcommissie

1. De tuchtcommissie is bevoegd leden en niet-leden te horen en/of te raadplegen.

2. Leden zijn verplicht de tuchtcommissie alle inlichtingen te verstrekken en hun medewerking te verlenen aan de werkzaamheden van de tuchtcommissie.

3. Minderjarige leden zijn toegestaan zich te laten vergezellen door hun ouders/verzorgers.

Artikel 7. Sepot

1. De tuchtcommissie is bevoegd een aanhangig gemaakte zaak te seponeren, indien naar het oordeel van de tuchtcommissie het tijdsverloop tussen het gewraakte handelen en het aanhangig maken van de zaak, mede gezien de aard van de zaak, te groot is, of om andere naar haar oordeel gewichtige redenen.

2. De tuchtcommissie kan een aanhangig gemaakte zaak niet-ontvankelijk verklaren, indien er geen sprake is van een van een in artikel 4 lid 1 genoemde situatie.

Artikel 8. Beraadslaging en uitspraak

1. De beraadslaging over de zaak geschiedt terstond na sluiting van de behandeling.

2. De beraadslaging vindt niet in het openbaar plaats.

3. De tuchtcommissie baseert haar uitspraak op de stukken en verklaringen die op de zaak betrekking hebben en waarvan het betreffende lid/de betreffende groepering van leden kennis heeft genomen of kennis heeft kunnen nemen.

4. Indien de tuchtcommissie van oordeel is dat de betrokkene geen straf dient te worden opgelegd, spreekt zij de betrokkene vrij.

5. De tuchtcommissie komt binnen uiterlijk tien (10) werkdagen na het sluiting van de behandeling tot een uitspraak. Indien de tuchtcommissie niet in staat is binnen deze termijn tot een uitspraak te komen, doet zij daarvan gemotiveerd mededeling aan het bestuur en aan degene(n) tegen wie de tuchtprocedure aanhangig is gemaakt, onder vermelding van de termijn waarbinnen zij haar oordeel dan zal uitbrengen.

Artikel 9. Straffen

1. De tuchtcommissie is bevoegd de zaak zonder strafoplegging af te doen.

2. De tuchtcommissie kan aan een lid of groepering van leden de volgende straffen opleggen:

  • a. berisping;
  • b. een geldboete;
  • c. een speelverbod of verbod tot begeleiden vanaf de teambank voor een of meer competitiewedstrijden dan wel vriendschappelijke wedstrijden en/of toernooien, al dan niet voorwaardelijk;
  • d. ontzegging van de toegang tot het terrein van de vereniging voor een bepaalde periode;
  • e. een alternatieve straf naar inzicht van de tuchtcommissie ter (gedeeltelijke) vervanging van de opgelegde geldboete en/of het speel-/begeleidingsverbod. Indien de alternatieve straf door toedoen van het betreffende lid/de betreffende groepering van leden niet ten uitvoer wordt gebracht, worden alsnog de (volledige) straffen als onder a t/m d van kracht;
  • f. een combinatie van straffen als beschreven onder a t/m e.
3. Een opgelegde straf wordt met onmiddellijke ingang van kracht.

4. De tuchtcommissie is bevoegd, zodra een zaak te harer kennis is gebracht en in afwachting van de behandeling daarvan, met onmiddellijke ingang een straf op te leggen, indien daartoe naar het oordeel van de tuchtcommissie gezien de ernst van de zaak aanleiding bestaat.

5. De tuchtcommissie kan een lid dat in haar ogen daarvoor in aanmerking komt bij het bestuur voordragen voor ontzetting uit het lidmaatschap.

Artikel 10. Kennisgeving uitspraak

1. De tuchtcommissie brengt haar uitspraak zo spoedig mogelijk schriftelijk of langs elektronische weg ter kennis van het betreffende lid/de betreffende groepering van leden en het bestuur van de vereniging, alsmede - indien van toepassing - van het slachtoffer en/of benadeelde.

2. De tuchtcommissie kan besluiten dat haar uitspraak gepubliceerd wordt in het officieel orgaan van de vereniging. Het bestuur is verplicht deze uitspraak te publiceren.

Artikel 11. Beroep

1. Beroep tegen de uitspraak van de tuchtcommissie staat open bij het bestuur, binnen 7 werkdagen na dagtekening van de uitspraak van de tuchtcommissie;

2. Beroep schort de tenuitvoerlegging van de straf op, tenzij de tuchtcommissie tot directe tenuitvoerlegging besluit.

3. Het bestuur beoordeelt het beroep binnen 7 werkdagen nadat het is aangetekend. Het bestuur beoordeelt in het beroep uitsluitend of de tuchtcommissie in redelijkheid tot de betwiste uitspraak heeft kunnen komen.

4. De uitspraak van het bestuur kan uitsluitend zijn:

  • a. vernietiging van de uitspraak van de tuchtcommissie. De tuchtcommissie zal alsdan, met inachtneming van de uitspraak van het bestuur, de zaak opnieuw beoordelen;
  • b. bekrachtiging van de uitspraak van de tuchtcommissie.
5. Het bestuur kan beslissen het beroep schriftelijk af te doen.

6. Het bestuur is bevoegd een beroepscommissie in te stellen, die het bestuur adviseert bij een beroep op een uitspraak. Het bestuur neemt in beginsel het advies over.

Artikel 12. Tenuitvoerlegging straffen

1. De controle op en de feitelijke tenuitvoerlegging van opgelegde straffen berusten volledig bij het bestuur.

2. Een opgelegde straf wordt van kracht en staat onherroepelijk vast, indien daartegen binnen de beroepstermijn geen beroep is ingesteld; een opgelegde straf wordt ook van kracht en staat onherroepelijk vast, indien na de gevolgde beroepsprocedure geen beroep meer openstaat.

Artikel 13. Wijzigen tuchtreglement

Dit reglement kan worden gewijzigd door de algemene vergadering bij gewone meerderheid van stemmen.